Sinds 2011 werk ik aan een stripboek over de ervaringen van militairen en veteranen uit mijn woonplaats, die tussen 2001 en 2010 in Afghanistan hebben gediend.
Wat maak je mee tijdens een uitzending? Hoe kom je ervan terug. Op deze blog houd ik het proces bij en plaats ik teasers en indrukken van het boek. Uitgavedatum staat nog niet vast maar houdt daarvoor deze blog in de gaten.

maandag 31 december 2012

Laatste plaat van 2012

Een kleine summary! Juni 2012 afgestudeerd aan de WdKA met als project een stripboek over de ervaringen van militairen en veteranen uit Dongen in Afghanistan. Na het afstuderen heb ik het zeker drie maanden laten rusten en heb ik het uiteindelijk weer opgepakt door verhalen na te lopen en eventueel waar nodig te verbeteren. (Zie november). Soms ingrijpende veranderingen en soms ook maar een paar plaatjes op 1 bladzijde.
Daarnaast worden er ondertussen ook weer nieuwe verhalen geschreven. Zo ook een verhaal van een heftig vuurgevecht. Met dit verhaal erbij telt het boek al 56 pagina's. Onderstaande afbeelding is de 4e plaat van het verhaal.

4e plaat van "Troops in contact". Het peloton maakt zich gereed te vuren.
Ondertussen wordt er vooruit gekeken en mogelijkheden verkent om in 2013 tot een eerste uitgave te komen. Meer daarover volgend jaar.

Een ieder het beste voor 2013 en tot volgend jaar!

woensdag 19 december 2012

Inspirerende Meesters (2)

Ongeveer twee jaar geleden broeiden de plannen voor het maken van een strip over Nederlandse militairen in Uruzgan. Een half jaar later was het weliswaar Afghanistan geworden en niet alleen militairen die dienden in Uruzgan.
Die eerste periode moest ik er zeker van zijn dat er toch echt nog geen strip was over Nederlanders in Afghanistan. Daar twijfelde ik nog aan aangezien er in het boek Task Force Uruzgan (2009), illustraties door Erik Kriek waren verzorgd en ik begon te twijfelen of er dus al een strip was.

Bron: http://gutsmanblog.blogspot.nl
De illustraties waren speciaal voor het boek verzorgd. Op de gutsmanblog geeft Kriek er wat uitleg bij. Eigenlijk was Kriek ook een van de eerste die me inspireerde tot het maken van de strips.

In Stripantiquariaat Lambiek voerde ik ook zo'n controle uit of er echt nog geen strip was. Dat was een van de weinige winkels die een strip over Nederlanders in Afghanistan zou kunnen hebben. Maar daar ook niet! Lambiek is een winkel om je als stripliefhebber eens goed te laten verrassen met welke strip je uiteindelijk de deur uitloopt. En dat was die dag 'Dong Xoai, Vietnam 1965', door Joe Kubert.

Bron: boeken.tsuk.org
Joe Kubert is vooral bekend van zijn werk bij DC-Comics en als maker van Sgt. Rock. Heel veel actie en combat verhalen en Dong Xoai 1965 is daarop geen uitzondering. Een fictief verhaal (gebaseerd op ware gebeurtenissen) over Amerikaanse Special Forces in Vietnam. Het was niet zozeer het verhaal, maar de tekenstijl die me aansprak. 

Bron: http://www.vertigocomics.com
Het boek is meer een kijk op hoe Kubert te werk gaat in plaats van een compleet werk. Het artwork is een losse, rauwe schets stijl alsof een oorlogstekenaar er op dat moment bij was tijdens het conflict. Dat maakt het erg authentiek en energiek. 
Qua verhaal kan ik het niet aanraden. Het heldhaftige wordt zwaar uitgebuit en overdreven vanuit een Amerikaans perspectief. Oorlog wordt verheerlijkt en dat gaat er bij mij niet in.

Een meesterwerk van Kubert zowel in artwork als verhaal is 'Fax From Sarajevo'.


Een non-fictie werk gebaseerd op briefwisseling d.m.v. fax tussen Kubert en Ervin Rustemagić, strippromoter uit Bosnië. Rustemagić was ten tijde van het beleg in Sarajevo en het enige contact met de buitenwereld was een faxapparaat. Kubert vond het een verhaal dat mensen moesten weten en sloeg daarmee een heel andere richting in met zijn werk.


Het heldhaftige van de oorlogs- en superheldenstrips werd verruild met het leed van burgers, maar wel getekend in dezelfde stijl. Dit maakt het een overtuigend en erg sterk werk.

Als ik er met de kerstdrukte aan toe kom, dan volgende week weer een meester. En anders toch een weekje later.

maandag 10 december 2012

Inspirerende meesters (1)

Ok. De huidige stand van zaken is in totaal nu 50 bladzijdes. Veertien pagina's moeten nog op verbeteringen nagekeken worden en een verhaal over een vuurgevecht moet nog geheel geïnkt worden. Weliswaar wil ik nog meer opmerkelijke verhalen toevoegen en daar volgen later ook zeker up-dates over.

Nu volgend zo nu en dan ook wat blogposts over inspirerende meesters. In deze blogpost Jean Giraud/Moebius. Maker van onder meer Blueberry.

Aan het begin van het project had ik maar vrij weinig ervaring met maken van strips. Tekenen had ik ook al vele jaren niet meer gedaan, maar ik had me toch een doel gesteld voor het eindexamen, namelijk het realiseren van een stripboek. Toegeven, in de winkels kun je genoeg materiaal vinden over hoe je moet striptekenen, maar op twee van dat soort boeken na heb ik er weinig aan gehad. Niettemin heb ik in een half jaar mezelf geleerd hoe je strips moet opzetten. Niets moet natuurlijk maar wat basisbeginselen vind ik toch essentieel als je het striptekenen ook serieus wilt nemen. Uiteraard heb ik ook mijn begeleiders gehad. Zo heb ik veel baat gehad aan de tips van Peter Delwel (docent aan de WdKA) over het opzetten van een scenario en wat belangrijk is voor een verhaal te vertellen.

Joop Swaans uit Breda, creatief therapeut van beroep maar wat een kennis heeft die man van strips, verzorgde een uitstekende een-op-een coaching waarbij camerastandpunten, tekstballonnen, indeling van pagina's, verhoudingen van kaders, en nog veel meer werd behandelt.
En hij liet me ook kennis maken met het werk van Jean Giraud (Moebius). Studiemateriaal voor mij werden 'Ballade voor een doodskist', 'Vogelvrij verklaard' en 'Angel Face' van de Blueberry-series.

bron: http://assets.catawiki.nl/
 Vooral onderstaande sequentie is ontzettend goed opgezet. Slecht voorbeeld wegens het vrouwonvriendelijke karakter. Maar toch. De betreffende dame werkt Mike Blueberry al gedurende een aantal bladzijdes op zijn zenuwen aangezien ze maar bezig blijft over een schat. Voor deze sequentie werkt Giraud nog met geel, paars en rood. Maar het gifgroene (van de irritatie zou ik aannemen) versterkt de klap die Blueberry uiteindelijk uitdeelt.

Bron: http://www.stripspeciaalzaak.be
Qua scenery was Giraud ook een meester. Zijn wijze van woestijnen, wildernis en woestenij opzetten inspireerde me weer voor de sceneries voor de Afghanistanstrips.

Bron: http://www.stripturnhout.be
Volgende week een Amerikaanse meester.

Check voor nog meer informatie over Giraud en het werk aan Blueberry: http://www.stripspeciaalzaak.be/Toppers/FransenTop/26_Blueberry15.htm



donderdag 22 november 2012

Terug naar het project

“And we're ON! Again!” Het project loopt WEER! Ondertussen heb ik na wat opdrachten weer een volle maand aan het project kunnen besteden. 3 maanden heeft het kunnen rusten en kon ik er weer met frisse blik aan beginnen. Werkzaamheden bestonden allereerst uit alle strips plaatje voor plaatje kritisch nalopen. Wat werkt wel? Wat werkt niet? Komt het plaatje in verhouding tot het verhaal goed tot zijn recht? Zit dat tekstvak niet teveel in de weg? Kan onbenutte ruimte in een plaatje niet anders ingezet worden? Zit het verhaal wel goed in elkaar? Is het te lang? Is het te kort? Etcetera Etcetera.

Verbeteringen kunnen heel subtiel zijn, alleen wat retoucheren, maar soms is het toch een hele aanpassing van een deel van een pagina. Zoals de laatste bladzijde van 'Het kan een ander altijd gebeuren maar jou niet'.

Oude versie (met tekst) en nieuwe versie blz. 6 'Het kan een ander altijd gebeuren maar jou niet'
 
De rijrichting van de voertuigen in het laatste plaatje, klopt in de eerste versie eigenlijk niet. De leesrichting is van links naar rechts dus is dat voor de voertuigen ook logischer. Tenslotte is een groot shot een veel betere afsluiter dan een klein plaatje. En alsnog alle plek om de tekst kwijt te kunnen.

(Tekst was in de eerste versie overigens met tekstbewerking geplaatst. Tijdens het afstuderen was ik daar wegens tijdgebrek niet aan toegekomen om met de hand te schrijven. Vanzelfsprekend wordt dat voor de volgende versie wel verzorgd.)

Soms is het ook mogelijk dat een verhaal ingrijpend veranderd wordt. Met bijvoorbeeld 'Toch maar rustig oppakken' is dat het geval. De eerste versie heeft te weinig opbouw om dat moment van irritatie, door irritante vragen, goed te vangen. Het verhaal is deels herschreven en telt nu 7 pagina's in plaats van 5.

Als het ook daadwerkelijk uitgebracht dient te worden, moet het wel in 1 keer goed zijn.

Dat het project weer van start is betekent ook dat het bloggen weer is begonnen. Binnenkort een blog over inspirerende strips en die ik intensief heb bestudeerd voor en tijdens het project.

woensdag 20 juni 2012

Voorwoord

Van Dongen naar Afghanistan, en terug
Geschreven en geïllustreerd door Jules Calis

Waargebeurde verhalen van militairen en veteranen uit mijn woonplaats, die tussen 2001 en tot op heden in Afghanistan hebben gediend.


Opgedragen aan alle uitgezonden Nederlandse militairen en veteranen en degene die de hoogste prijs hebben betaald.


De titel ‘Van Dongen naar Afghanistan en terug’ heb ik in januari 2012 als werktitel aangenomen voor de weblog, waar ik een gedeelte van de verhalen op publiceer. Al die tijd heb ik nagedacht over een passende titel voor het boek. Om de essentie in één titel te vangen. Beter kan die essentie niet gevangen worden. Je gaat op missie en hetgeen dat je hebt meegemaakt neem je hoe dan ook met je mee in je verdere leven.
Wat doet zo’n uitzending met je als mens? Hoe kom je ervan terug en hoe ga je met je ervaringen om?
De meeste personen die ik heb gesproken zijn over het algemeen leeftijdsgenoten die door extreme situaties zijn gegaan. Maar in veel gevallen, verhalen waarvan ik geen idee had dat Nederlandse militairen dit konden meemaken op uitzending. De verhalen in dit boek hebben nog geen verbinding met elkaar buiten dat de personen Nederlanders (uit Dongen) zijn die naar Afghanistan zijn gestuurd met een missie. Ik geef een indruk van hun belevingen en laat de lezers beleven wat “onze jongens en meiden” hebben meegemaakt. De lezer wordt tegelijkertijd geconfronteerd met de consequenties van de beslissingen van onze democratisch gekozen overheid. Verder geef ik een veelkoppig beeld van een (te) grote realiteit die de missie is geweest.
In de volgende fase zullen er nog meer opmerkelijke verhalen worden toegevoegd. Ik vind het belangrijk dat verhalen verteld worden en dat militairen en veteranen ook erkenning en respect krijgen voor wat ze hebben meegemaakt en doorstaan. Dat is mede de reden dat ik deze verhalen wil vastleggen en het een plaats wil geven in ons midden. Een monument als het ware, alleen dan op papier.

Dit is slechts het begin. Laat dit het einde van de eerste fase en het begin van de tweede fase zijn.

Jules Calis

De eerste strip over Nederlandse militairen en veteranen in Afghanistan

Het eerste stripboek over Nederlandse militairen en veteranen is een feit!




zondag 10 juni 2012

maandag 4 juni 2012

dinsdag 29 mei 2012

woensdag 21 maart 2012

Boek begint vorm aan te nemen

Het begint al aardig te vlotten met het project.
 
 
38 pagina's en more to come

8 verhalen en more to come

Van 5 personen en hopelijk more to participate

woensdag 1 februari 2012

Documentatie en reconstructie

“Het belangrijkste van documentatie is dat je een sfeer van echtheid oproept. Door de documentatie kom je op alle plekken en loop je ook echt door een straat in Venetie, in plaats van ' de personen liepen van links naar rechts'” – Henk Kuijpers, tekenaar Franka –

Makers van onder andere journalistieke-strips gaan er over het algemeen voor om hun verhaal zo goed mogelijk over te brengen aan de lezer. Hij voert de lezer aan de hand mee om de omgeving te laten zien en de gruwelheden te tonen. De ene tekenaar doet dit wat minder, maar steeds meer tekenaars passen expliciet geweld toe in hun strips. "Zo was het, en niet anders!"

In de meeste gevallen gaan ze voor een uitzonderlijke documentatie om hun verhaal mee te onderbouwen en mede vorm te geven. In herziene boeken van Joe Sacco zijn foto's bijgevoegd die hij heeft gemaakt tijdens zijn verblijf in de gebieden die hij heeft bezocht. Deze foto's gebruikt hij om diezelfde omgeving nauw weer te geven. Voor mensen die er geweest zijn roept het herkenning en bevestiging op. En voor de lezer die geïnformeerd wordt is het belangrijk dat deze ook zo goed mogelijk geïnformeerd wordt en het ook echt beleefd.

Een goede documentatie steunt de reconstructie waar je als striptekenaar mee te maken krijgt. Strips, trauma en culturele herinneringen. Het lijkt vrij moeilijk om dit in een juiste vorm aan de lezer aan te bieden. Wanneer je het verleden namelijk moet (re)construeren wordt je onvermijdelijk geconfronteerd met de probleemstelling hoe je het representeert. Elke stripmaker die zich toegelegd heeft op de journalistieke-strip is voor deze probleemstelling komen te staan en hebben het allemaal ook op hun eigen manier opgelost. Tegelijkertijd vormt deze probleemstelling ook de basis voor de authenticiteit van de tekenaar.